Gezond wantrouwen

Het zijn zorgelijke tijden voor wetenschappers in het algemeen en voedingswetenschappers in het bijzonder. In een tijdperk van alternatieve feiten, nepnieuws en sjoemelsoftware worden ook zij niet meer op hun mooie blauwe ogen geloofd. Laat staan de resultaten van hun onderzoeken.
Soms zijn al die over elkaar heen tuimelende voedingswetenschappers met hun tot de verbeelding sprekende adviezen ook wel vermoeiend en verwarrend. Zeker als ze elkaar tegenspreken. Enkele maanden geleden, op een matige zomerdag, las ik op nu.nl dat uit een Italiaans onderzoek onder bijna 19.000 mensen was gebleken dat het mediterrane voedingspatroon meer gunstige gezondheidseffecten heeft voor mensen met een betere sociaaleconomische status. Bij de mensen die gemiddeld meer verdienden en een hogere opleiding genoten werd een lager risico op hart- en vaatziekten en beroerte gevonden. Hoewel niet met zoveel woorden gezegd, betekent dit dat minder gefortuneerden qua gezondheid niet veel opschieten met gezonder eten.
Precies een dag later werd in het RTL-nieuws eveneens aandacht besteed aan het mediterrane voedingspatroon. Nu ging het om de inwoners van het Italiaanse dorpje Acciaroli, ten zuiden van Napels. Nergens anders ter wereld worden mensen zo oud als in dit dorpje en dat komt volgens wetenschappers onder andere door het mediterrane voedingspatroon. Maar ook door een leven lang bewegen en weinig vlees, een gevolg van het arme boerenleven in het dorp, zo werd gemeld in de reportage. En zo blijkt armoede opeens juist een voorwaarde om gezond heel oud te worden.
Snapt u het nog? Voedingsmiddelen als koffie, brood en zuivel worden even gemakkelijk in het verdomhoekje geplaatst als er weer uit gehaald. Rode wijn is gezond maar alcohol juist weer niet. En om gezond te blijven moet je elke dag minstens 200 of 700 gram groente eten, afhankelijk van de wetenschapper die je wilt geloven.
In een recente publicatie heeft een aantal Nederlandse wetenschappers de crisis waarin het voedingsonderzoek lijkt te verkeren geanalyseerd. De bevolking vertrouwt de voedingswetenschap en de daaruit voortvloeiende inzichten steeds minder. Hoewel de wetenschap als geheel met een groeiend wantrouwen te maken heeft, is dit extra zorgelijk voor de voedingswetenschap vanwege de grote rol die voeding in ieders leven speelt, aldus de auteurs. Volgens hen is de afnemende geloofwaardigheid van de wetenschap mede het gevolg van het vertalen van onderzoeksresultaten in al te simpele voedings- en gezondheidsclaims die later vaak weer worden betwist door andere deskundigen. En de gezondheidsbewuste burger blijft in verwarring achter en haalt voortaan zijn schouders op bij een nieuw advies om gezond te eten. Maar ja, meer genuanceerde en dus niet direct toepasbare onderzoeksresultaten worden nauwelijks gecommuniceerd en al helemaal niet begrepen. Terwijl media-aandacht er juist voor kan zorgen dat mogelijke financiers eerder geïnteresseerd raken om in een volgend onderzoek te investeren.
De drang om te scoren met onderzoek leidde enkele jaren geleden al eens tot een academisch schandaal en de val van een bekende wetenschapper. Met opzienbarende en o zo mediagenieke bevindingen dat je door het zien van rommel op straat gaat discrimineren en dat je van vlees eten egoïstisch en hufterig wordt lukte het de wetenschapper miljoenen euro’s aan onderzoeksgeld los te peuteren. Helaas voor hem kwam uit dat de conclusies waren ontsproten aan zijn fantasie en niet aan enig onderzoek.
Niet zelden komen de financiers van voedingsonderzoek uit de hoek van de voedingsindustrie, waardoor belangenverstrengeling nooit ver weg lijkt en de betrouwbaarheid van de onderzoeksresultaten al snel wordt betwijfeld. Bovendien verleidt die branche de consument het liefst met simpele, eenduidige soundbites, dus wie heeft er dan behoefte aan genuanceerde feiten? “Leveranciers leggen veel lege marketingclaims neer en consumenten vallen voor deze trucs. Het moet klaar zijn met het verkondigen van praatjes”, aldus Bas van den Berg, voorzitter van de Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie in zijn afscheidsspeech.
Hulde! Hopelijk trekken ook de voedingswetenschap en natuurlijk de media zich iets van deze oproep aan. De gezondheidsbewuste consument is immers veel meer gebaat bij een genuanceerd verhaal over de bijdrage die voedingskeuzes kunnen leveren aan de gezondheid dan bij een simpele kreet die even trending topic is en vervolgens wordt tegengesproken en afgebrand.

Wolfgang Diekstra

< Terug